Op een maandagmiddag pakte ik op mijn dooie gemakje mijn huiswerk erbij. Scrollend keek ik naar de diepgaande vragen die op mijn laptop verschenen. ‘Wat triggert jou?’, Waar loop je keer op keer tegenaan?’. Met een innerlijk gevoel van rust en tevredenheid had ik geen flauw idee wat ik moest gaan invullen. Ah, wat is het toch heerlijk als even alles lijk te kloppen. BAMMMMM!!! Een paar uur later wordt diezelfde vredige lichaam kei- en dan bedoel ik ook echt KEI- hard geraakt. Totaal ontdaan en trillend stuur ik een appje naar mijn vriend: ‘Schat, wil je alsjeblieft wakker blijven tot ik thuis ben?! Ik heb even veiligheid nodig’.
Wanneer ik voet zet op de veilige grond in mijn huis, komen de tranen los en kruip ik als een kind in de armen van mijn vriend. Ik was die avond ingegaan op een uitnodiging voor een ‘gathering cirkel’ hier in de buurt. Het was een avond om met gelijkgestemden bij elkaar te komen. Bij binnenkomst scande ik de mooie ruimte en speurde ik gelijk enige teleurstelling bij mijzelf op bij het zien van de samenstelling van de groep. VROUWEN! Oké, én nog een man. Maar oh, ik miste nu al de testosteron in de ruimte.
Ik nam plaats in de cirkel en deelde op een gegeven moment hoe ik erbij zat. ‘Nou, ik zit hier met zweethanden en gespannen kaken. Ik hou van ruimte. Ik hou van op mijzelf zijn. Groepen vind ik lastig én zeker een groep vrouwen’, benoem ik terwijl alle ogen op mij zijn gericht. ‘Jij bent toch een opsteller, wil je dit opstellen?’, vraagt de organisator. Enigszins overdonderd, zeg ik ‘Jawel’ en ik maak een beweging die ik voel opkomen. Ik ga midden in de groep zitten. Vanuit hier ontstaat een opstelling. Een beetje onhandig is het wel. Ik als vraagsteller en tegelijkertijd de begeleider van de opstelling. Daar had ik beter over na kunnen denken. De organisator maakte aan het eind van de opstelling gebruik van de gelegenheid om het na te bespreken. Haar verwarde emoties n.a.v. de opstelling werden nadrukkelijk benoemd. Ook het feit dat ze nog maar 20 minuten over had om haar voorbereide ideeën voor de avond in te brengen. De manier waarop zij dit bracht, wekte bij mij het gevoel op dat ik iets ‘fout’ had gedaan. Ik probeerde mijn ademhaling rustig te krijgen, maar tevergeefs. Ik voelde mij énorm aangevallen en ontzettend onveilig in de groep! Na zo rustig mogelijk mijn visie te delen, koos ik ervoor om als enige van de groep, eerder te vertrekken.
Terug op de bank bij mijn vriend, hoor ik mijzelf zeggen: ‘Dit gebeurd nu altijd! Ik vind groepen, zéker groepen vrouwen, zo vreselijk!’. Ik kon natuurlijk gaan wijzen naar die organisator die mij zo had geraakt met haar woorden, naar de overige vrouwen, naar die groep ‘Larense meiden’ van mijn basisschool periode, naar……maar wát deed ik?! Wat is MIJN gedrag in de groep, waardoor het keer op keer voor mij een vervelende ervaring is? ‘Had ik dan niet raakbaar mijn gevoel moeten delen?!’. Nee, dat is het niet. Daar stá ik voor. PLING. Spreekwoordelijk, begon er een lampje bij mij te branden. Ik vervolgde: ‘Wéér ging het over mij en als het te heet onder mijn voeten wordt, vlucht ik’. Dat vond ik toch wel even een pijnlijk inzicht.
Die avond maakte heel zichtbaar dat ik mij graag beweeg naar het midden van de groep. Misschien omdat dit de plek is waar ik mij gezien voel? Dit herkende ik. Bij mijn vorige baan was ik tijdens intervisie momenten degene die altijd helemaal onderste boven werd gekeerd. Ik nam alle ruimte in om mijzelf te onderzoeken. Toch, voelde ik mij later niet fijn in deze positie en trok ik mij terug uit de groep. Of bij de buurt barbecue, als ik niet de aandacht kreeg, was ik de eerste die weer wegging. Zo voelde ik mij nooit onderdeel van de groep. Ik máákte mijzelf geen onderdeel van de groep.
Ha, kwam nu toch even mijn huiswerk goed van pas. Het huiswerk was een diepgaand zelfonderzoek ter voorbereiding van het Levend Water Ritueel, onderdeel van een jaaropleiding die ik volg. Het is een ritueel waarbij je je gedrag waar je mee wilt stoppen, ombuigt naar nieuw helpend gedrag. Hierbij gebruikmakend van een helpend metafoor om het goed te verankeren. ‘ZWERMEN’. Dát is wat ik graag zou willen. Een plek innemen in het totale geheel. Dienend aan het grotere geheel. Geen hiërarchie, maar situationeel leiderschap. Iedereen heeft op het juiste moment de juiste plek, om tot prachtige bewegingen te komen.
Afgelopen woensdagavond vond het Levend Water Ritueel plaats en je gelooft het niet, ook deze groep bestond uit alleen maar vrouwen en één man. Ha, kon ik gelijk oefenen in het zwermen. Mijn oude gedrag werd gelijk zichtbaar in het feit dat ik voorafgaand niet met de hele groep ging eten. Ik kwam later aankakken en verwachtte dat ik een beetje ongemakkelijk mij in de groep moest wringen. Het tegendeel bleek waar, ik werd ontzettend warm onthaald! Dit was moment 1 van een nieuwe helpende ervaring.
We gingen gezamenlijk naar de locatie. Aan de over van een prachtig meer, tussen de bomen zaten we uren in de regen en wind te koukleumen. Ik had mijn plekje gevonden onder de paraplu en niet geheel verassend naast de enige man van de groep. De hele avond werd gevuld met het bespreken van het huiswerk. Één voor één kwam iedereen ruimschoots aan bod. Het was nog wat onwennig voor mij om gewoon te luisteren. Om aanwezig te zijn. Om niet gelijk zélf aan het woord te willen. Gewoon mij deelgenoot te voelen van de groep. Op een gegeven moment werd mijn blaas zo vol, dat ik toch even de bosjes indook om te plassen. Terugkomend, werd gelijk duidelijk dat ik gemist werd. Goh, dat raakte mij opnieuw. Ik ben blijkbaar onderdeel van de groep. Moment 2.
Ik was als één van de laatste aan de beurt. Heel bewust koos ik dit moment uit, juist wanneer de hoofdtrainer op dat moment niét aanwezig was. Niet omdat ik niet wilde dat hij mijn verhaal hoorde, of nouja, eigenlijk wilde ik dat inderdaad niet. Hij is zo’n inspirerende man voor mij, dat ik soms in de valkuil stap dat ik van hem erkenning wil. Ik heb hem zelfs voor een paar maand terug opgebeld, dat ik zo graag nog meer van hem zou willen leren. ‘Ik zou het liefst onder je vleugels willen vliegen’, benoemde ik hem. Voor beiden natuurlijk helemaal niet zo’n aantrekkelijk idee. Dus dat is precies wat ik nu niet meer wil. Ik ben gesterkt in mijn vertrouwen dat ik zélf kan vliegen, náást de ander en niet ónder de ander. Moment 3!
En dus begon ik mijn verhaal en inzichten te delen. Kort en bondig. Zelfs wanneer de groep erdoor werd geraakt en er langer op door wilde gaan, kon ik aangeven dat het voor mij zo goed genoeg was. Want dat was het ook. Hé, dat was fijn om niet volledig in het middelpunt te staan! Moment 4.
Niet veel later, terwijl het inmiddels donker was geworden, gingen we één voor één met onze nieuwe metafoor het water in. Het water was voor mij heerlijk. Ik dook erin, ging kopje onder en begon baantjes te zwemmen. Visualiserend dat er onder mij een school vissen zwom, die samen met mij het water verplaatsten.
Nadat iedereen in het water was geweest, warmden we op bij het vuur en deelden wat het water met ons had gedaan. Terugkijkend was niet het water hetgeen wat het meeste indruk op mij heeft gemaakt. Het water is inmiddels comfortabel voor mij. Het was de groep. Het was het samenzijn met de groep. Al die 4 kernmomenten die impact op mij hebben gemaakt. Dáár zit het oncomfortabele. Het nieuw aan te leren gedrag. Wat is het dan fijn dat ik nog dit hele jaar met deze groep veilig mag zwermen!
Bij thuiskomst sliep mijn vriend ditmaal al wel. Ik hoefde hem niet wakker te maken. Ik had nu niet zijn veilige vleugels nodig om onder te duiken..
